Het spannende boek van Wim Dankbaar en Hans Mauritz over Marianne Vaatstra laat op zich wachten omdat er steeds weer nieuwe feiten aan worden toegevoegd. Welke feiten, dat hield Wim Dankbaar tot nu toe nog even geheim, maar inmiddels kan hij zijn mond niet meer houden. Een deel van het boek zal worden opgehangen aan de getuigenis van Rosalin van Zessen, die in 2010 plotseling haar verhaal deed.
De Amersfoortse woonde ten tijde van de moord in Leeuwarden op een huurkamer in een woning aan de Kleine Kerkstraat. Samen met nog twee bewoners: een zekere Sietse, een gescheiden man, die er tijdelijk woonruimte had gevonden en een buitenlandse man, die zij ’Ali’ noemde. Deze huisgenoot zou in de ochtend na de moord zijn thuisgekomen met bebloede kleren en een bebloed mes op tafel hebben gelegd. Hij zei daarbij dat ze 'haar strot dieper hadden moeten doorsnijden' en noemde de naam van Marianne Vaatstra. Van Zessen werd door tussenkomst van De Telegraaf in contact gebracht met Dick Adema, één van de weinige Friese rechercheurs die toen nog verbonden waren aan de ’cold case’-Vaatstra.
Het OM kwam naderhand echter tot de conclusie dat Van Zessen zich in de datum had vergist en haar Ali leek op een man die al eerder was onderzocht. Zijn betrokkenheid kon toen met DNA-materiaal worden uitgesloten.
Dankbaar zelf heeft het verhaal lange tijd ook nooit serieus willen nemen. Per slot van rekening verbleef zijn Ali - die hij ziet als hoofdader van de moord op Marianne - op het asielzoekerscentrum in Kollum en niet in Leeuwarden en is het niet waarschijnlijk dat asielzoekers voldoende geld hebben om ook nog een kamer te huren (waarom zou je ook als je gratis onderdak kunt krijgen en geld voor onderhoud?). Ook is het opvallend dat Van Zessen zich de naam Marianne Vaatstra nog zo duidelijk kan herinneren, want die moet haar op de bewuste zaterdagochtend 1 mei helemaal niets hebben gezegd.
Het lijkt er eerder op dat Rosalin een gebeurtenis uit het verleden heeft geprobeerd te reconstrueren aan de hand van recente wetenschap. Pas toen ze iets las over ex-gedetineerde Gerrit Veldman, die zweerde dat hij in Noorwegen naast een Vaatstra-verdachte op een cel zat, besefte ze dat ze mogelijk belangrijke informatie had. Die ze steeds had verzwegen omdat ze 1999 'niet echt stabiel was, vanwege het overlijden van mijn broer. Ik heb het incident weggedrukt.'
Maar nu is Rosalins verhaal plotsklaps het ontbrekende puzzelstukje in Wims reconstructie. 'Overigens is onze Ali nog dezelfde zaterdag 1 mei door de politie opgehaald van de Kleine Kerkstraat in Leeuwarden en naar een veilig onderkomen in het Grenshospitium Amsterdam gebracht, van waaruit hij 2 dagen later naar het nog veiliger Noorwegen is gevlogen. Justitie anno 21 ste eeuw.'
We kennen Wims werkwijze inmiddels. Onduidelijke verklaringen van deze of gene zijn met veel fantasie aan elkaar geplakt, als een slecht passende puzzel, waardoor zijn Ali - zogenaamd op weg naar Noorwegen - zelfs nog een dag of twee in het luchtledige heeft gehangen.
Maar gelukkig kan Barracuda Wim hopelijk nog net behoeden voor een vreselijke blunder. Want in hetzelfde Telegraaf-artikel waarin Rosalin haar verhaal deed staat ook dit te lezen: 'Enkele dagen na dit incident verdween ’Ali’ spoorloos'.''
Met andere woorden: haar Ali moet, ondanks het plegen van een gruwelijke moord, nog enkele dagen in het huis hebben verbleven en heeft niet, zoals iedere andere moordenaar zou doen, meteen de benen genomen. En dus kan hij ook niet op 1 mei zijn opgehaald. Kan Wim trouwens ook nog uitleggen waarom deze Ali er blijkbaar uren over heeft gedaan om thuis te komen - hij arriveerde pas tussen 08.30 en 09.00 uur, terwijl Veenklooster nog geen half uurtje van Leeuwarden ligt - en zich tussentijds niet eens heeft verschoond? Of zou Ali na zijn daad nog even in een kroeg zijn gedoken?
De Amersfoortse woonde ten tijde van de moord in Leeuwarden op een huurkamer in een woning aan de Kleine Kerkstraat. Samen met nog twee bewoners: een zekere Sietse, een gescheiden man, die er tijdelijk woonruimte had gevonden en een buitenlandse man, die zij ’Ali’ noemde. Deze huisgenoot zou in de ochtend na de moord zijn thuisgekomen met bebloede kleren en een bebloed mes op tafel hebben gelegd. Hij zei daarbij dat ze 'haar strot dieper hadden moeten doorsnijden' en noemde de naam van Marianne Vaatstra. Van Zessen werd door tussenkomst van De Telegraaf in contact gebracht met Dick Adema, één van de weinige Friese rechercheurs die toen nog verbonden waren aan de ’cold case’-Vaatstra.
Het OM kwam naderhand echter tot de conclusie dat Van Zessen zich in de datum had vergist en haar Ali leek op een man die al eerder was onderzocht. Zijn betrokkenheid kon toen met DNA-materiaal worden uitgesloten.
Dankbaar zelf heeft het verhaal lange tijd ook nooit serieus willen nemen. Per slot van rekening verbleef zijn Ali - die hij ziet als hoofdader van de moord op Marianne - op het asielzoekerscentrum in Kollum en niet in Leeuwarden en is het niet waarschijnlijk dat asielzoekers voldoende geld hebben om ook nog een kamer te huren (waarom zou je ook als je gratis onderdak kunt krijgen en geld voor onderhoud?). Ook is het opvallend dat Van Zessen zich de naam Marianne Vaatstra nog zo duidelijk kan herinneren, want die moet haar op de bewuste zaterdagochtend 1 mei helemaal niets hebben gezegd.
Het lijkt er eerder op dat Rosalin een gebeurtenis uit het verleden heeft geprobeerd te reconstrueren aan de hand van recente wetenschap. Pas toen ze iets las over ex-gedetineerde Gerrit Veldman, die zweerde dat hij in Noorwegen naast een Vaatstra-verdachte op een cel zat, besefte ze dat ze mogelijk belangrijke informatie had. Die ze steeds had verzwegen omdat ze 1999 'niet echt stabiel was, vanwege het overlijden van mijn broer. Ik heb het incident weggedrukt.'
Maar nu is Rosalins verhaal plotsklaps het ontbrekende puzzelstukje in Wims reconstructie. 'Overigens is onze Ali nog dezelfde zaterdag 1 mei door de politie opgehaald van de Kleine Kerkstraat in Leeuwarden en naar een veilig onderkomen in het Grenshospitium Amsterdam gebracht, van waaruit hij 2 dagen later naar het nog veiliger Noorwegen is gevlogen. Justitie anno 21 ste eeuw.'
We kennen Wims werkwijze inmiddels. Onduidelijke verklaringen van deze of gene zijn met veel fantasie aan elkaar geplakt, als een slecht passende puzzel, waardoor zijn Ali - zogenaamd op weg naar Noorwegen - zelfs nog een dag of twee in het luchtledige heeft gehangen.
Maar gelukkig kan Barracuda Wim hopelijk nog net behoeden voor een vreselijke blunder. Want in hetzelfde Telegraaf-artikel waarin Rosalin haar verhaal deed staat ook dit te lezen: 'Enkele dagen na dit incident verdween ’Ali’ spoorloos'.''
Met andere woorden: haar Ali moet, ondanks het plegen van een gruwelijke moord, nog enkele dagen in het huis hebben verbleven en heeft niet, zoals iedere andere moordenaar zou doen, meteen de benen genomen. En dus kan hij ook niet op 1 mei zijn opgehaald. Kan Wim trouwens ook nog uitleggen waarom deze Ali er blijkbaar uren over heeft gedaan om thuis te komen - hij arriveerde pas tussen 08.30 en 09.00 uur, terwijl Veenklooster nog geen half uurtje van Leeuwarden ligt - en zich tussentijds niet eens heeft verschoond? Of zou Ali na zijn daad nog even in een kroeg zijn gedoken?
Stemadvies aan al 'onze' jovd-ers van hier: Et-Voilà!
BeantwoordenVerwijderenVoor al onze complotters en anti-plotters een leuk mini college van Dr. Gerben Moerman.
BeantwoordenVerwijderenhttps://www.youtube.com/watch?v=rQebfMvoKGs&feature=youtu.be
Is dit weer een van Vrijlands vele verzinsels? De identiteit van Nieuwsbreker heeft hij ook weer eens verkeerd gegokt: 'Van Carla Kuik is inmiddels bekend dat zij beweert zich te hebben teruggetrokken van het blog Swapichou. Sinds enkele maanden schijnt zij nu een soort liefdesaffaire te hebben met onderzoeker Wim Dankbaar (de man achter de Vaatstra-zaak en het verboden dagboek). Ik heb Wim Dankbaar meerdere malen gewaarschuwd dat hij moet uitkijken voor Mata Hari methodes, maar hiernaar wil hij niet luisteren. Wim Dankbaar is er van overtuigd dat Carla niet meer actief is op het blog Swapichou. Je zou van een medestander als Wim Dankbaar verwachten dat hij Carla Kuik op zijn minst zou aansporen excuses te maken voor haar schadelijke acties. Haar vermeende “bekering” komt immers niet bepaald geloofwaardig over zonder spijtbetuiging aan de medestanders van de man die zij begeert.'
BeantwoordenVerwijderenDankbaar heeft hem er al op aangesproken. Weer een lulverhaal van Vrijland.
VerwijderenOk ik trek het niet meer en ga bekennen wie ik ben. Mijn naam is Harry Augurk
BeantwoordenVerwijderen